30 Amerikaanse functionarissen schuldig aan oorlogsmisdaden

Professor Internationaal Recht Francis Boyle:
Meer dan 30 Amerikaanse functionarissen schuldig aan oorlogsmisdaden

13 december 2012
Door Sherwood Ross
Bron
Origineel: 'More Than 30 Top U.S. Officials Guilty of War Crimes, Boyle Says'
Vertaling: Arjan Plantinga


Meer dan dertig vooraanstaande Amerikaanse regeringsmedewerkers, legerofficieren en leidinggevenden van geheime diensten, waaronder presidenten G.W. Bush en Obama, hebben zich schuldig gemaakt aan oorlogsmisdaden of misdaden tegen de vrede of mensheid "die juridisch gezien van een zelfde kaliber zijn als die van het voormalige Naziregime in Duitsland," aldus de befaamde Amerikaanse autoriteit op het gebied van internationaal recht, Francis Boyle.

Francis Boyle

Onder de Amerikaanse functionarissen die zijn betrokken bij een "voortdurende criminele samenzwering" in het Midden-Oosten en Afrika en ofwel betrokken waren bij het uitvaardigen van de bevelen voor de misdaden onder hun jurisdictie, ofwel nalieten er actie tegen te ondernemen, bevinden zich beide presidenten sinds 2001 en hun vicepresidenten, de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie, de directeuren van de CIA en Binnenlandse Inlichtingen, en stafchefs en officieren van het Centrale Commando, aldus Boyle.

"Naar internationale juridische maatstaven dient de Amerikaanse regering op dit moment te worden gezien als de drijvende kracht achter een voortdurende criminele samenzwering onder internationaal recht," zo zei Boyle op 9 december in een toespraak tot de Puerto Rican Summit Conference on Human Rights in de University of the Sacred Heart in San Juan. Boyle is een professor Internationaal Recht aan de Universiteit van Illinois en de auteur van talrijke boeken over het onderwerp.
Naast de presidenten noemde Boyle als oorlogsmisdadigers ook vicepresidenten Dick Cheney en Joseph Biden; ministers van Defensie Donald Rumsfeld, Robert Gates en Leon Panetta; ministers van Buitenlandse Zaken Colin Powell, Condoleeza Rice en Hillary Clinton; Nationale Veiligheid-adviseurs Stephen Hadley, James Jones en Thomas Donilon; Directeur van National Intelligence John Negroponte en James Clapper en Central Intelligence Agency (CIA) directeuren George Tenet, Leon Panetta en David Petraeus.
In het Pentagon vinden we onder de oorlogsmisdadigers de namen van de leden van het Militair Opperbevel en enkele regionale bevelhebbers, vooral van het Amerikaanse Central Command (CENTCOM), en meer recent ook AFRICOM: voorzitter [van het Militair Opperbevel] generaal Martin Dempsey, en leden van het Opperbevel admiraal James Winnefeld Jr.; generaal Raymond Odierno, chef-staf van de Landmacht; generaal James Amos, commandant van het Korps Mariniers; admiraal Jonathan Greenert, chef Maritieme Operaties; en generaal Mark Welsh, chef-staf van de Luchtmacht.

Onder hen die het bevel voerden over Central Command sinds de Amerikaanse invasie van Afghanistan vinden we de namen van luitenant-generaal Martin Dempsey; admiraal William Fallon; generaal John Abizaid; generaal Tommy Franks; luitenant-generaal John Allen; en de huidige brigadegeneraal James Mattis. Ook generaal Carter Ham van AFRICOM heeft zich medeschuldig gemaakt.
Boyle vertelde zijn gehoor tijdens de conferentie dat president G.W. Bush de tragedie van 11 september schaamteloos had uitgebuit en "eropuit trok een volledig koolwaterstofimperium te stelen van de Islamitische landen en - bevolking van Centraal-Azië, het Midden-Oosten en Afrika op basis van "onzinnige argumenten". Deze argumenten waren het voeren van een oorlog tegen "internationaal terrorisme" of "Islamitisch fundamentalisme", het elimineren van massavernietigingswapens, het verspreiden van democratie en humanitaire interventies".

De aanhoudende agressie van de VS schendt fundamentele documenten van het internationaal recht als het Handvest van Neurenberg, de Code van Neurenberg en de Neurenbergse Principes, aldus Boyle. Daarnaast wordt ermee het eigen 'U.S. Army Field Manual 27-10 on The Law of Land Warfare' van het Pentagon geschonden, dat van toepassing is op de president zelf als opperbevelhebber van de Amerikaanse strijdkrachten, zoals bepaald in Artikel II, Sectie 2 van de Amerikaanse grondwet.
Amerikaanse regeringen sinds 11 september 2001 kunnen derhalve worden aangeklaagd voor "misdaden tegen de vrede" voor hun aanvallen op Afghanistan, Irak, Pakistan, Libië, Somalië, Jemen en Syrië, "en misschien ook voor de langdurige dreiging met een aanvalsoorlog tegen Iran".
De eminente internationale autoriteit oordeelde voorts dat de oorlogsmisdaden bestaan uit "marteling, verdwijningen, moordaanslagen, ontvoeringen, bombardementen en (het gebruik van) verarmd uranium, witte fosfor, onbemande vliegtuigen en zo meer".

Boyle verklaarde dat Amerikanen "niet moeten toestaan dat enig aspect van hun buitenlands beleid of defensiebeleid wordt uitgevoerd door erkende oorlogsmisdadigers," maar moet aandringen op "afzetting, schorsing, ontslag, aanklagen, veroordeling en lange vrijheidsstraffen voor alle Amerikaanse functionarissen die zich hebben schuldig gemaakt aan dergelijke wrede internationale en binnenlandse misdaden." Hij zei ook dat het zogenaamde "gericht doden" van mensen buiten het slagveld "pure moord" is op basis van gewone Anglo-Amerikaanse wetgeving. En in dit geval, waar het moorden betreft die zowel wijdverspreid als systematisch zijn, vormen ze een Misdaad tegen de Mensheid volgens Artikel 7(1)(a) van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafgerechtshof.
Hoewel de VS het Statuur van Rome nooit hebben erkend, zei Boyle dat "president Obama desondanks "onderworpen is aan de jurisdictie van het ICC en zijn aanklagers voor het vermoorden van mensen in staten die het ICC wel erkennen."